In drukgestuurde ventilatiesysteem bevinden zich VAV (Variable Air Volume) kleppen, gecombineerd met een luchtgroep die voorzien is van ventilatoren met constante drukregeling. Maar hoe werkt dit nu samen?
Stel je voor: in een ruimte neemt de concentratie van CO2 toe. Zodra deze de vooraf ingestelde grenswaarde overschrijdt, springen de VAV-kleppen in actie. Ze openen zich verder om meer verse lucht toe te laten. Dit is waar de constante drukregeling een rol speelt. In plaats van te werken met een vast debiet, gebruikt de drukregeling een specifiek drukpunt. Dit punt wordt zorgvuldig bepaald tijdens de inregeling van de installatie door een Air Expert.
In plaats van te werken met een vast debiet, gebruikt de drukregeling een specifiek drukpunt. Dit punt wordt zorgvuldig bepaald tijdens de installatie. Wanneer een VAV-klep opent, daalt de statische druk in het kanaal. De ventilatoren van de luchtgroep verhogen dan hun snelheid om de druk weer naar het ingestelde niveau te brengen. En als een klep sluit? Dan gebeurt het tegenovergestelde: de ventilatoren verlagen hun snelheid.
Wanneer een VAV-klep opent, daalt de druk in het kanaal. Deze is dan lager dan het ingestelde drukpunt. De ventilatoren van de luchtgroep verhogen dan hun snelheid om de druk weer naar het ingestelde niveau te brengen. En als een klep sluit? Dan gebeurt het tegenovergestelde: de ventilatoren verlagen hun snelheid. de VAV-kleppen en de luchtgroep kunnen dus perfect zelfstandige werken zonder dat ze beide gestuurd te worden vanuit een centraal beheersysteem.
Bestel je een drukgestuurde IV PRODUKT unit? Dan zijn de druksensoren reeds gemonteerd vanuit de fabriek en moeten enkel de meetslangen met de kanalen worden verbonden. Een van de voordelen van ventilatieunits die op maat worden geproduceerd.