VAV-kleppen (Variabel Air Volume) kunnen het debiet variëren tussen een ingesteld minimum- en maximumdebiet. Dit doen ze aan de hand van sensoren die parameters zoals CO2 meten. CAV-kleppen (Constant Air Volume) leveren een constant debiet, maar hebben hiervoor wel een minimale voordruk nodig.
Als de VAV-klep het debiet verlaagt om aan de vraag aan verse lucht te voldoen, zal de voordruk voor de achterliggende CAV-kleppen dalen. De CAV-kleppen zullen dan onvoldoende voordruk krijgen om hun geprogrammeerde debiet constant te houden. Dit komt doordat de VAV-klep als eerste in de ketting zit en zo de voordruk voor de andere regelaars bepaalt.
Ondanks dat deze combinatie van VAV en CAV problematisch is, wordt deze regelmatig toegepast in de praktijk. Wellicht door onbekendheid met de werkingsprincipes. Het gevolg is dat de CAV-kleppen hun functie van constante debietvoorziening niet naar behoren kunnen vervullen.
Om dit euvel op te lossen, dienen de CAV-kleppen in een dergelijke configuratie vervangen te worden door handmatige regelkleppen. Deze zijn flexibeler in te stellen en ongevoelig voor drukschommelingen van de VAV-klep.